Gezin op de bank. Vader met twee kinderen. Ze lezen samen een boek.

Bewonersgedrag bepaalt duurzaamheid van de woning

Bewonersgedrag bepaalt duurzaamheid van de woning

Hoe energiezuinig een woning ook is: als de bewoner niet weet hoe zij met de woning om moet gaan, dan wordt de beoogde besparing niet gehaald. Want verbruiksgedrag bepaalt in grote mate of de energieprestatie wordt gehaald. Daarom is sturen op gedrag cruciaal bij verduurzaming van uw woningbezit.

Na een kostbare renovatie of nieuwbouw moet een woning duurzaam, comfortabel en betaalbaar zijn. Maar is dat wel zo? Soms blijkt de realiteit een koude douche te zijn: na verduurzaming van uw woningbezit blijft een optimaal rendement van de nieuwe energie-installaties uit. De energieprestaties blijven achter en de gewenst energie- en CO₂ besparing blijft uit. Dit gaat niet alleen ten koste van de duurzaamheid, maar vaak ook van het comfort. Bovendien zit de bewoner alsnog met een stevige energierekening, ondanks alle moeite om te verduurzamen. Hoe kan het zover komen?

Meer verbruik door energiebesparing?

Regelmatig treedt in energiezuinige woningen het rebound-effect op. Omdat de woning energiezuinig is, gaan bewoners juist meer energie verbruiken, waardoor de daadwerkelijke besparing lager is dan de potentiële besparing. De waakzaamheid op energieverbruik verslapt: “de woning is toch zuinig, dan maakt het niet uit dat ik lekker lang onder de douche sta.” Dit kan leiden tot teleurstellingen over de kosten voor energie, en problemen met het betalen van een onverwacht hogere energierekening.  

Het rebound-effect in cijfers

“In woningen met de slechtste energieprestatie (label G) zou in theorie gemiddeld bijna 4000 m³ gas per jaar worden verstookt; in de praktijk is dat slechts de helft. Anderzijds wordt in de meest energie-efficiënte woningen (label A) juist iets méér gas verbruikt dan theoretisch verwacht (ruim 1000 m³ in plaats van nog geen 1000). Met enige overdrijving kunnen we hier een (direct) rebound-effect van 67% uit afleiden: verbetering van de energieprestatie van label G naar label A leidt tot een besparing van slechts 1000 m³ gas in plaats van de berekende 3000.”

Uit eerder onderzoek bleek dat in 18 jaar tijd de energie-efficiëntie van de Nederlandse woningvoorraad met 28% werd verbeterd. Van nieuwbouwwoningen werd de energie-efficiëntie zelfs met 50% verbeterd. Maar het aardgasverbruik door huishoudens nam met slechts 5% af.

Bron

Senior bewoner maakt zijn elektrische kookplaat schoon.

Beheersen van techniek, sturen op gedrag

Energieprestatiemanagement gaat niet alleen over beheersen van techniek, maar ook over sturen op gedrag. Het is namelijk niet vanzelfsprekend dat gebruikers weten hoe ze met energie-installaties moeten omgaan. Bovendien zijn veel bewoners gewend aan vaste gewoontes, gestuurd door automatisch gedrag.

Voorkom teleurstellingen

Als bewonersgedrag niet overeenkomt met de ‘gebruiksaanwijzing’ van de woning, zullen de energie-installaties nooit optimaal presteren. De belofte van energiezuinig of Nul op de Meter wordt niet nagekomen. Dit leidt tot teleurstellingen omdat bijvoorbeeld de energierekening hoger is dan de bewoner had verwacht. En dit zorgt mogelijk voor financiële problemen bij mensen die het vaak al niet breed hebben.

Bewustwording

Een energiezuinige woning vraagt ander gedrag en nieuwe gewoonten van bewoners. Dat vereist hulp vanuit de woningcorporatie. Creëer bewustwording en maak duidelijk wat bewoners zelf moeten bijdragen om de woning zuinig te houden. Maar ook wat het gemak en de voordelen voor bewoners zijn. Zodat ze weten waar ze aan toe zijn, hun verbruik onder de duim krijgen en grip houden op hun energierekening.

Energiecoach van Watch-E voert keukentafelgesprek met bewoner.

“Waar zijn die installaties eigenlijk voor?”
“Wat leveren de zonnepanelen mij op?”
“Hoe moet ik de verwarming gebruiken?”
“Waarom moet ik energie besparen, mijn woning is toch energiezuinig?”

Gedrag is de sleutel tot een duurzame woning

Ontdek wat wij kunnen doen om uw bewoners bewust te maken van hun energiegedrag.